Talent en groepsdynamiek
Groepsdynamiek gaat over de manier hoe afzonderlijke leden van een groep met elkaar omgaan. Het zegt iets over de patronen hoe mensen zich gedragen als zij met elkaar in interactie gaan. Om je als talent hierin het verschil te kunnen maken is het goed om enkele belangrijke patronen, die zich voordoen tijdens het samenwerken in teams, te kunnen herkennen en bewust te worden welke van de patronen voor jou heel herkenbaar zijn en je daarmee als individu onbewust handelt binnen een team of groep.
Basisbeginselen
Een van de grondleggers van de groepsdynamica is Bion*). Hij onderzocht welke interne krachten of patronen een groep kunnen belemmeren in haar functioneren. Deze krachten of patronen doen zich veelal in een soort emotionele onderstroom voor, waar je als talentvolle professional op bedacht kunt zijn. Bepaalde patronen kunnen functioneel zijn maar zodra zij disfunctioneel worden kun je als team dit doorbreken door jezelf als team hier bewust van te worden. Als team is het dus heel goed om regelmatig stil te staan bij waar het team staat en welke processen er zich allemaal afspelen.
Bion gaat uit van drie ‘basisveronderstellingen’ die in iedere groep optreden:
1. Afhankelijkheid
De groep zoekt buiten zichzelf naar iets of iemand om door beschermd of geleid te worden. Dat kunnen procedures of regels zijn, maar ook de formele of informele leider zelf. Let hierbij wel op want als deze behoefte niet wordt vervuld dan kan deze worden vertaald in het afzetten van de groep tegen de leider of te wel opstandigheid of het saboteren van de productiviteit door informatie achter te houden.
Signalen zijn: geen verantwoordelijkheid nemen totdat de leider actie onderneemt, afgaan op wie iets zegt en niet ingaan op datgene wat er wordt gezegd, kritiek uitoefenen op de leider.
2. Zoeken naar maatjes
Mensen zoeken steun bij elkaar om zo in het team een emotionele subgroep te vormen waarin de leden elkaar beschermen en ondersteunen. Er ontstaan vaste groepjes waarvan de mensen elkaar altijd steunen, onafhankelijk van het onderwerp.
Signalen zijn: instemmend knikken wanneer een maatje wat zegt en opmerkingen van anderen negeren, ideeën van maatjes per definitie steunen.
3. Vechten of vluchten
Er zijn twee reacties denkbaar op een gespannen situatie: aanvallen en agressie, zich afzetten tegen de leider of vluchten door zich aan de gestelde situatie te onttrekken. Dit kan letterlijk zijn door zich te onttrekken van werk, maar ook veel subtieler door zaken niet uit te voeren, niet in te gaan op vragen, etc.
Signalen van vechten zijn: cynisme, bekritiseren en domineren. Signalen van vluchten zijn: ironiseren, ofwel geintjes maken en van het thema afdwalen.
Als deze patronen zich voordoen wat ze feitelijk altijd doen in meer of mindere mate is het belangrijk er expliciet aandacht aan te besteden. Deze patronen zijn een verdedigingsmechanisme tegen angsten en onzekerheid die in de groep leven. Aan jou om je talent te ontwikkelen in je eigen zesde zintuig voor deze groepsprocessen. Herken het gedrag en maak het bespreekbaar!
*) Wilfred Ruprecht Bion (Mathura (India), 8 september 1897 – Oxford (Engeland), 8 november 1979) was een Britse psychiater en pionier op het terrein van de groepsdynamica. Hij was verbonden aan de Tavistock Groep, een gezelschap van sociale wetenschappers die vanuit de Tavistock Clinic in Londen in 1946 met behulp van Amerikaanse fondsen het Tavistock Institute of Human Relations oprichtten. De onderlinge verbondenheid van deze groep was gebaseerd op hun gedeelde oorlogservaringen (velen, waaronder Bion, dienden als officier) en de invloed van Melanie Klein op hun opleiding in de psychoanalyse.